Mijn-paard

Ik hoorde onlangs een verhaal dat me recht naar mijn ziel schoot. Het verhaal hoort bij dit bronzen beeld van Domien Ingels. Het beeld ‘pakt’ een paard dat in de mijnen werkt en legt zijn ‘ziel’ vast. ‘Mijn-paarden’ noemen ze ze. Het zijn paarden die in de mijnen werkten - maar waar de paardenziel van werd uitgeblust. Kan een mijn-paard nog een ‘paard’ zijn als dat wat in wezen het paard maakt wordt begraven? 

Deze dieren werden met speciaal tuig getakeld in de ondergrondse gangen van de mijnen en eens ze beneden kwamen - kwamen ze niet meer naar boven. De paardenstal bevond zich 259 m onder de grond. 

Oude mijnwerkers beweren dat paarden in de mijn konden tellen. Dat ze wisten hoeveel stappen ze moesten zetten om te weten - hier moet ik mijn poot een beetje meer opheffen. De paarden werkten tien jaar acht uur per dag aan een stuk door. Ze werden ook blind of op zijn minst slechtziend. Vaak waren ze gekwetst aan hoeven en benen. Uiteindelijk na een levenslange job in de mijn werden ze naar boven getakeld. Het paarden-slachthuis was gelegen naast de mijn. In het beeld zien we een paard aan het einde van zijn carrière en leven. Het spreekt voor zich.  Gecreëerd door iemand die fijngevoelig de ‘uitgebluste ziel’ en ‘het tragische verhaal’ kon invoelen en in beeld gieten. 

Domien Ingels, een Gentse jongen die in een volkse buurt opgroeide. Zijn vader was veekoopman. Als jonge knaap ging hij mee met zijn pa slachtvee gaan kopen. Hij was voorbestemd om ook in die stiel terecht te komen. Dan wint hij blijkbaar in een loterij een oud circuspaard (ook ontzield?), heeft zich er enorm aan gehecht en dat maakte de switch en wakkerde zijn belangstelling aan voor het tekenen en sculpturen van paarden en vee van bij ons. Ik durf ervoor wedden dat die Domien een zeer sensitieve knakker was. 

Ik werk met dieren en natuur. Ik voel daarin een grote verantwoordelijkheid om een brugje te vormen in de ‘ziels-overdracht’ tussen mens-dier en natuur en die te laten zijn.

Ik las ook in de afgelopen maand een verhaal in het boek van Jonathan Hoban (Onderweg naar jezelf) over ‘de wolf’. Over de wolf in gevangenschap. Als wolven onvoldoende ruimte hebben om hun drang tot zwerven en jagen te uiten krijgen ze last van stress. Als ze zich in gevangenschap niet op hun eigen intuïtieve manier kunnen gedragen worden ze in plaats daarvan hyper-alert (waakzamer dan ze ooit in het wild zouden zijn). De glans van hun vacht verdwijnt en hun ogen worden dof. Hun scherpe zintuigen nemen af en hoewel ze uiteindelijk hun nieuwe situatie aanvaarden, zijn het niet meer dezelfde wezens als voor hun opsluiting. 

Het riep bij mij de vraag op: 'Zit jouw sensitieve ziel in gevangenschap?’ 

Wat aanvaarden wij toch allemaal wat onze ware aard uitblust? 

Misschien is het als bij een gletsjer? Er is de sneeuw die tot de herfst blijft liggen, waar de zomer niet in staat is geweest die te laten smelten. Die sneeuw wordt begraven onder de nieuwe sneeuw van de volgende winter. Dan is hij veilig. Daaronder verandert hij langzaam in ijs, en wordt het een groeilaag, na groeilaag, na groeilaag, …  precies zoals de jaarringen bij bomen. 

Zit jouw sensitieve ziel veilig verstopt in de kern van vele jaarringen en beschermlagen? 

Hoe houden we ‘de wildeman’ in ons wakker? Dat wat onze natuur is, onze ziel, onze diepste kern, die maakt wie we écht zijn, onze ware aard, onze innerlijke wolf of paard… ook als ‘wat ons overkomt’ of de omstandigheden in ons leven die probeert uit te blussen? 

De wildeman met lang haar, een baard, helemaal overdekt met bladeren. Deels dier, deels mens, deels boom. Omo servadzo (Uit de 8 bergen van Paolo Cognetti trouwens - voedsel voor de ziel - tip).

Waar-achtig zijn, thuis zijn in jezelf. Ik spreek voor mezelf - het is van levensbelang. Wanneer het tussen ziel, hart en hoofd breekt, ontstaat een kloof van leegte. Die we dan misschien proberen te vullen met afleidingen, korte kicks, hard werken, een stoomboot vol black friday deals…

Als het plaatje waar we ons aan spiegelen, ver weg gaat van onze wildeman kan geen massa aan likes de leegte vullen. Dat maakt er ons niet gelukkiger op. Dan gaan we een harnas dragen, letterlijk als een gletsjer, gaat het lichaam verharden. Het tegenhouden van ‘de natuur’ dat zich in de spieren zet. In de houding. In de uitdrukking van ons gezicht. Je stopt te voelen wat je echt wil en nodig hebt… 

Ik schrijf deze misschien wat harde woorden met de grootste zachtheid en stuur ze richting elke sensitieve ziel die het kan horen- ik weet dat hij luistert en het misschien wat begint te ritselen vanbinnen nu je dit leest. Dat ie wil leven. Uit zijn harnas wil breken. 

We worden in de warme weken die komen opgeroepen om te ‘kunnen zijn wie je bent - dat verdient iedereen’. En zo is het. Een leven vorm geven dat matcht met wie je vanbinnen bent. 

Dus ik kijk… met de blik van een nieuwsgierige kleuter naar wat ik echt wil. Ik vraag door en door… Waarom waarom en waarom. 

Ik geef mezelf de permission om wild te dromen. 

Ik merk op waar ik ‘aan’ van ga staan. 

Ik luister naar wat ik in de wereld wil brengen. Naar ‘mijn waarheid’. 

Ik maak mezelf met elke kleine stap wat vrijer. 

- Trouw aan mijn ziel - 

25 november 2021

Mijn-paard
keyboard_arrow_up
menu

{{ popup_title }}

{{ popup_close_text }}

x